In januari 2010 presenteerde Apple de nieuwste gadget: de iPad. Deze tabletcomputer zou een brug moeten slaan tussen de moderne smartphones en de kleinste laptops. Weinig van de eigenschappen van de iPad zijn revolutionair of nieuw. Een tablet, multi-touch, het besturingssysteem, het bijbehorende winkelconcept, de vormgeving, al deze concepten bestonden al. Maar toch is dit de eerste tablet dat de markt een dreun gaf. De verkoop van netbooks stagneerde, bedrijven gaven een iPad weg bij de vreemdste producten (auto’s, kranten, opleidingen) en precies een jaar later volgenden veel concurrenten van Apple met een soortgelijk concept.
Maar hoe erg is de iPad nou een hebbedingetje? Al eerder schreven we over de Vrije Universiteit van Amsterdam die iPads aan scheikundestudenten zou uitdelen (hier). Ook gaven we al een kort overzicht van de handigste apps (programma’s) voor de iPad (hier en hier). We hebben er zelfs voor gezorgd dat de Scheikundejongens prima te gebruiken is vanaf iedere iPad en iPhone. Toegegeven, we vinden de ontwikkeling die Apple krap anderhalf jaar geleden gestart is, enorm spannend.
Wat is er nou zo speciaal aan de iPad, dat het zo’n succes maakt? Tabletcomputers (ook wel PDA’s of palmtops) zijn helemaal niet nieuw, sterker nog, Apple heeft in 1993 de Apple Newton uitgebracht, maar die was geen hit. De tweede vraag blijft nog steeds lastig: is een tabletcomputer een goed idee voor het scheikunde-bacheloronderwijs?
Een tijd lang waren er eigenlijk maar twee duidelijke soorten computers: de desktop en de laptop. De ene stond altijd op (of onder) een tafel, de andere kon op je schoot. Sinds 1992 zijn er smartphones op de markt. Maar zo smart waren ze nou ook weer niet. Er kon vooral iets meer mee gedaan worden dan bellen en sms’en. Veel later, in 2001, kwam de eerste smartphone die op het web kon browsen op de markt. Nog maar een paar jaar geleden, in 2007, kwam de iPhone uit. Daarvoor waren smartphones meestal niet zulke hele fantastische apparaten om mee te browsen. Gelukkig werden langzaam aan de smartphones sneller, kregen ze meer geheugen en uiteindelijk, nu, durf ik te beweren dat smartphones volwaardige (doch erg kleine) computers zijn.
De desktop, de laptop en later de smartphone. Ondertussen zijn de kleinere laptops, de netbooks, even een klein hitje geweest. En nu neemt de tablet dat over. De tabletcomputer is jongvolwassen en het volgende valt me op: het verschil tussen al die soorten computers begint wat vaag te worden. Niet alleen omdat ik kan videobellen met m’n computer en surfen met m’n telefoon, maar ook de manier waarop producten eruit gaan zien. Desktops en laptops worden lichter en soms kleiner (vooral netbooks) en smartphones krijgen grotere schermem en meer rekenkracht. Er is nu bijna geen ruimte meer tussen al die producten: in alle opzichten lopen ze in elkaar over. Er zijn nu producten van iedere grootte, ieder gewicht, iedere snelheid, enzovoorts. Een continuüm van computer-vormfactors.
Waar het tegenwoordig op neerkomt, is dat er voor iedere taak een ander apparaat gekozen kan worden. Als ik op de bus wacht, gebruik ik m’n smartphone om te surfen, als ik op de bank een artikel lees, doe ik dat op een tablet en als ik serieus schoolwerk doe, zoals moleculaire simulaties, dan doe ik dat op m’n desktop. Vroeger deed ik veel van die dingen niet, ook omdat ik alleen een desktop had. Nu gebruik ik al die apparaten door elkaar.
Nu komen we op we op het belangrijke punt. Maar dat punt gaat eerst vooraf aan twee feiten: 1) iedere scheikundestudent moet in het bezit zijn van een laptop; en 2) na een middag inventariseren kan ik stellen dat iedere universiteit laptops aanraadt van ~1 k€. Mijn punt: is dat een goed idee?
Een niet helemaal onterechte aanname is, is dat duizend euro een heleboel geld is voor een student. En wat doet de gemiddelde scheikundestudent nou eenmaal op z’n laptop? E-mail, Internet, tekstverwerken voornamelijk. Daarnaast wat andere, gespecialiseerde programma’s zoals Mathematica, ChemDraw en af en toe wat Photoshop. Tot slot zijn er een hele reeks nicheprogramma’s met obscure namen als TiterDat, HSC for Windows, Gromacs en MOLDEN. Die eerste twee zijn alleen voor Windows beschikbaar, die laatste twee alleen voor Linux. Mijn stelling is dat meer dan de helft van die dingen, helemaal niet op een laptop horen.
Ik vind dat langdurig tekstverwerken op een laptop een slecht idee is, vooral om de houding die je aan moet nemen. Die is erg krampachtig en schreeuwt om RSI. Simulaties horen ook niet op een laptop. De processor in een laptop is óf te goedkoop en daardoor niet geschikt voor zware berekeningen, óf is heel duur, maar zou veel goedkoper in een desktop horen. De batterijduur van een laptop is overigens meestal nog steeds niet veel meer dan vijf uur, terwijl een werkdag toch minstens acht uur duurt.
Mijn voorstel is het volgende: ik vind dat een student veel beter een tablet van €500 én een desktop van €500 kan kopen, dan één laptop van 1 k€. Tablets moeten draagbaar zijn en hebben wel de batterijduur die je van een draagbaar apparaat mag verwachten. Verder zijn draagbare apparaten nog altijd niet bedoeld voor langdurig tekstverwerken. Die anti-RSI cursus aan het begin van de studie is wel heel lief bedoeld, maar op een laptop werken blijft gewoon aanklooien.
Dan nog het maar-met-een-iPad-kan-ik-niet-alles-argument. Na een jaar testen kan ik jullie verzekeren: maak je niet druk. Het enige dat nog niet echt lekker door wil zetten, is de hoeveelheid studieboeken die legaal te lezen zijn op een iPad. Minder legaal is er een heleboel mogelijk. Verder is browsen, mailen, presentaties maken en geven en tekstverwerken allemaal goed te doen. Zelfs LaTeX en Linux zijn vanaf een iPad (met Internetverbinding) verrassend goed te doen.
Tot slot: in hoeverre worden iPad nu al gebruikt? Stel je voor, het apparaat is nog maar anderhalf jaar uit, en nu zijn er al massa’s serieuze voorbeelden. Vorig jaar begon de VU, de bibliotheek van de Universiteit Utrecht (extra info) doet een test, onderwijskunde aan de UU doet een test en in onderstaand filmpje is te zien hoe een middelbare school in Rotterdam voorop loopt.
Nu heb ik hier wel m’n mening gegeven, maar wat vinden jullie nou? Is de iPad (ofwel, een tabletcomputer in het algemeen) een goed idee in het scheikundeonderwijs? Docenten, studenten, scholieren, experts: laat het hieronder weten in de commentaren.
Als eerste: ik ben het helemaal eens met je voorgestelde opdeling tussen een mobiel en vast apparaat Aldo. Je moet tijdens je studie verschillende dingen digitaal doen en dan kun je mijns inziens beter twee apparaten aanschaffen die samen veel taken goed kunnen, dan één apparaat dat minder taken minder goed kan. (het was zo’n enorme opluchting toen ik tijdens mijn tweede jaar eindelijk een vaste computer kocht voor op m’n kamer).
Tweede punt, is eigenlijk meer iets zijdelings .. een mogelijk gevolg van het gebruik van een tablet in je universitair onderwijs (middelbaar onderwijs is nog een iets ander verhaal).
Didactisch gezien is het natuurlijk vooral wennen. Je moet je manier van lesgeven aanpassen als je geen boek meer gebruikt en als je leerlingen continu met het internet verbonden zijn. Dat eerste vergt een investering van de docent (bekend worden met wat er digitaal mogelijk is – zeker niet triviaal, eigen lesmateriaal digitaal beschikbaar/geschikt maken, computergestuurd onderwijs bedenken, etc.) en het tweede vergt zowel een verandering van de docent als (een grote verandering) van de student.
Iets meer daarover, want ik denk dat dit laatste een groter probleem kan zijn dan het onderwijsmateriaalprobleem. Als je een tablet moet meenemen naar je college, om bijvoorbeeld je aantekeningen te maken, of om je boek bij de hand te hebben, dan heb je natuurlijk niet alleen die apps bij je, maar ook al je spelletjes, je mailbox en natuurlijk het Internet. Kortom: ultieme mogelijkheden om te soggen tijdens college; een tablet als De Grote Afleider. Ik denk echt dat dit negatieve invloed kan hebben op de concentratie van studenten tijdens een college.
Uiteraard is het nu ook niet altijd zo dat studenten altijd keurig opletten tijdens college, maar er is denk ik een verschil tussen met een half oor luisteren of je aandacht volledig op een spelletje richten.
Ik denk overigens dat mijn algemene opvatting over tablets in het onderwijs is, dat ze voorlopig vooral ondersteunend gebruikt moeten/kunnen worden. De ontwikkelingen gaan volgens mij nog te hard om al goede investeringen te doen in iets dat lang meegaat. En dan blijf je geld uitgeven … Er is genoeg goed papieren onderwijsmateriaal dat nog niet verouderd is. Als je dat nu in één keer wegdoet, is het ook geldverspilling.