De Scheikundejongens hebben hun bachelorgraad gehaald in Utrecht. De Universiteit Utrecht (UU) is de grootste scheikundeopleiding in Nederland en heeft een prima en breed bachelorprogramma. Nu wil het geval dat de SJs ook aan voorlichting doen voor de UU. Op open dagen, voor vwo’ers die een middag op het lab komen en zo nog wat klusjes. Geweldig werk met veel lachen. Bijkomend voordeel van dit werk is dat we nog wel eens wat horen.
Het aantal vooraanmeldingen van dit jaar is historisch laag (43, -42% t.o.v. vorig jaar). Er hebben zich sinds jaren niet zo weinig middelbare scholieren aangemeld voor de opleiding scheikunde. Niet alleen in Utrecht, overal in Nederland gaat het een beetje rot. 2006 was een Utrechts topjaar (90 eerstejaars), maar sindsdien gaat het niet zo lekker meer.
Ik zou nu een lange verhandeling kunnen houden over hoe dat nou komt. Klassieke bètastudies hebben natuurlijk te lijden onder concurrentie van studies met hippere namen (Natuurwetenschap & Innovatiemanagement en Life Sciences and Technology). Natuurlijk hangen de tegenvallende aanmeldingen ook samen met de nieuwe opzet van het VWO. Er zijn ongeveer evenveel scholieren met een N&G-profiel en een N&T-profiel als voorheen, maar tegenwoordig kan niet iedere N&G-scholier zomaar scheikunde studeren. Natuurkunde en wiskunde B zijn geen verplicht onderdeel meer van het N&G-profiel, maar wel noodzakelijk voor een studie scheikunde. In reactie daarop vereist de UU dat een toekomstige student, natuurkunde en wiskunde B in zijn/haar pakket heeft (er wordt vanuit gegaan dat als je scheikunde wil studeren, dat je dat dan ook al volgde op de middelbare school). Hierdoor vallen wellicht een hoop scholieren buiten de boot.
Het doel van scheikunde-opleidingen is zoveel mogelijk mensen die geschikt zijn voor de studie, ervan te overtuigen die studie te gaan volgen. Wat de UU of andere universiteiten in deze tijden van cri[censuur] in gedachten hebben, dat weet ik niet, maar de Vrije Universiteit van Amsterdam vind blijkbaar dit een mooi moment voor zelfreflectie. Hoe maken we het onderwijs beter?
Wat is er zo speciaal aan deze tijd? Precies, wij leven in het digitale tijdperk. En welke leeftijdscategorie komt hier verreweg het meest mee in aanraking? Precies, jongeren. Dus als je ze ergens mee wil lokken, houd je ze iets voor dat ze mooi vinden. Een gratis iPad. Simpel he? Voorwaarde: maak je bachelor scheikunde af.
Nu hoor ik jullie al denken: “Je denkt toch niet dat die scholieren daarin trappen?” of “Zo’n apparaat is toch helemaal niet nuttig voor een studie scheikunde?” Dat eerste is natuurlijk niet waar. Ik hoop dat middelbare scholieren natuurlijk kijken naar het niveau van de opleiding zelf, maar als ik iets geleerd heb van al die jaren voorlichting, is het dat bijkomende zaken als huisvesting, persoonlijke ondersteuning en de (locatie van de) stad verschrikkelijk belangrijk. Het niveau van de verschillende scheikunde-opleidingen in Nederland is niet zo heel verschillend, dus dan gaan dit soort secundaire dingetjes wel snel zwaar meewegen.
Hoe nuttig is een iPad voor een scheikundestudent? Als het beeldscherm een beetje goed tegen ethanol en aceton zou kunnen, zou ik me kunnen voorstellen dat dit een prima vervanging (of in ieder geval aanvulling) is van een labjournaal. Een siliconenhoes beschermt prima tegen de meeste chemicaliën. Een tweede punt zijn de studieboeken. Ik zou willen dat ik mijn boeken digitaal aangeboden kreeg, zodat ik die niet meer mee hoefde te zeulen en altijd kon raadplegen. De iPad is veel lichter dan mijn lichtste studieboek en iBooks (het programma waarmee je boeken en PDF’jes kan lezen) werkt prima. Met iBooks kun je snel door pagina’s heen scrollen, highlights aanbrengen, notities maken (en bewerken) en bladwijzers toevoegen. En dan zijn er ook nog een aantal verschrikkelijk interessante apps.
Dus, lieve mensen van universiteiten, hoe gaan we dit aanpakken? Gaan we studies hippe Engelse namen geven (Molecular Science & Technology), gaan we de studie anders inrichten, komen we met goedkope lokkertjes of gaan we echt eens kijken wat de moderne techniek ons te bieden heeft? De Apple iPad is stiekem niet een heel duur lokkertje (iPad is € 500; voor de crappy laptop die de UU mij 4 jaar geleden aanbood, betaalde ik € 800) maar de mogelijkheden zijn verschrikkelijk gevarieerd. Neem twee of drie programmeurs in dienst die handig zijn met Objective C en laat wat masterstudenten Science Teacher Education eens serieus nadenken over een aantal goeie apps voor de iPad. Programma’s voor de iPod, iPhone en iPad kunnen trouwens prima in elkaar gezet worden met behulp van Apple’s iOS SDK. Enig idee op hoeveel vlakken je hier winst kan halen?
Mijn punt is dat er mogelijkheden genoeg zijn om de studie scheikunde te vernieuwen, maar ik krijg het gevoel dat mensen te lang blijven hangen bij oude ideeën. En probeer door de hele iPad-hype heen te prikken. Ik wil absoluut geen Apple-missionaris zijn, maar ervoor zorgen dat onderwijsmensen bezig blijven met het ontwikkelen van het onderwijs. En volgens mij is scheikunde nou weer typisch iets waarbij creativiteit het belangrijkst is.
Maar goed, totdat mijn ideeën hier een beetje opgepikt worden, kan ik jullie in ieder geval geruststellen: de Scheikundejongens-weblog doet het prima op de iPad.
Kijk hier op de site van de VU voor meer informatie over de iPad-regeling; kijk hier op een blog van de VU over het gebruik van een iPad in het onderwijs; lees hier op het forum van Tweakers.net over de chemische nadelen van een iPad in het scheikunde-onderwijs.