Vuurwerk

In de vorige post schreven we al dat er afgelopen jaarwisseling zo’n 65 miljoen euro aan vuurwerk de lucht in is gegaan. Voor economen is dat natuurlijk allemaal leuk en aardig, maar wat ik als chemicus veel interessanter vind, is hoe al dat siervuurwerk aan haar prachtige kleurtjes komt. De theorie hierachter is niet heel ingewikkeld.

Voor de kleuren in siervuurwerk zijn in feite drie stoffen belangrijk: een brandstof, een oxidator (door mijn scheikundedocent altijd “zuurstofleverancier” genoemd) en de kleurstof zelf. De kleurstof is geen organisch molecuul, maar meestal een anorganisch zout zoals strontiumnitraat, bariumchloride of koper(II)chloride. Wanneer de brandstof wordt verbrand, wordt de temperatuur hoog genoeg om het zout in de gasfase te brengen. In de gasfase komt het zout niet langer voor als ionen, maar is het grotendeels uiteengevallen in losse ongeladen atomen. In feite is dit een soort redoxchemie. Bijvoorbeeld voor bariumchloride:

Ba2+ + 2e ⇌ Ba (g)
2 Cl ⇌ 2 Cl• (g) + 2 e

De losse bariumatomen zorgen voor de kleur van de vlam. Door de enorm hoge temperatuur komt een elektron van het bariumatoom zo nu en dan in een hogere energietoestand terecht (ook wel aangeslagen toestand genoemd). Wanneer het elektron weer terugkeert naar de grondtoestand, wordt het verschil in energie uitgezonden in de vorm van een foton: we zien licht! Dit effect is overigens exact het principe achter de vlamkleurproefjes die je op de middelbare school misschien wel eens hebt gedaan.

Vlamkleuren zijn niet alleen erg mooi, ze worden in de praktijk ook voor analyse gebruikt. Met atomaire-emissiespectroscopie (AES) kun je de aanwezigheid en concentraties van vele elementen bepalen door nauwkeurig naar de emissies van de atomen in een vlam te kijken. Nauw verwant hieraan is atomaire-absorptiespectroscopie (AAS), waarbij je niet kijkt naar de emissie van licht van atomen in de vlam, maar juist naar de absorptie ervan.

Tot slot vond ik nog deze mooie demonstratie van de vlamkleuren van verschillende zouten op de JijBuis:

4 gedachtes over “Vuurwerk”

  1. Briljant! Uit nieuwsgierigheid. Aangezien er een oxidator in zit, is het mogelijk om dit proces uit te voeren in een omgeving zonder zuurstof maar iets anders? En zo ja, wat zou het effect zijn? (De verbranding van de lont niet meegenomen waarschijnlijk)

  2. Dat lijkt mij inderdaad goed mogelijk, ja, maar ik heb het nooit geprobeerd 😉
    Je kunt zeggen dat vuurwerk zijn eigen zuurstof bij zich heeft; het is niet afhankelijk van zuurstof uit de lucht (net als een raket).
    Wat betreft de lont: lonten bevatten vaak buskruit en er bestaan lonten die gewoon onder water kunnen branden, dus zuurstof uit de lucht is niet per se noodzakelijk. Wat voor lonten er voor vuurwerk gebruikt worden durf ik niet te zeggen…

  3. Uit nieuwsgierigheid: vuurpijlen exploderen vaak twee of drie keer. De eerste keer worden ze afgeschoten, dan knallen ze uit elkaar in allemaal vonken, en die vonken knallen dan vervolgens soms nog een keer. Hoe wordt ervoor gezorgd dat bij de eerste explosie niet alledrie de reacties gelijk plaatsvinden?

  4. Heel erg bedankt voor deze informatie! Ik maak mijn profielwerkstuk over het onderwerp siervuurwerk en ik kon nergens de goede uitleg vinden hoe vuurwerk aan zijn kleur komt. Door deze tekst snap ik het eindelijk.

Geef een antwoord



Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

 

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.