Een volgende manier van wetenschap

Wetenschap werkt simpel (lees: idealiter) gezegd op de volgende manier: 1) iemand komt met een idee; 2) hij/zij zoekt naar wetenschappelijke artikelen om te kijken wat er al over bekend is; 3) doet onderzoek; 4) schrijft zijn/haar bevindingen in een artikel op; 5) het artikel wordt gepubliceerd.

De échte wetenschap speelt zich af in stappen 1 en 3: creativiteit en originaliteit zijn verschrikkelijk belangrijk en de rest is intelligentie (boekenkennis) en doorzettingsvermogen. Dit proces is een ode an sich waard. In “De Magie van de Wetenschap” is een goeie poging gedaan om deze momenten te vangen. Ik zou pagina’s vol kunnen prevelen over de schoonheid van dit niveau van wetenschap, maar het zal niets zijn in vergelijking met de real deal.

Helaas heeft ook het bestaan van een wetenschapper saaiere kanten. Gelukkig worden studenten al snel hiermee in aanraking gebracht, zodat ze op tijd kunnen stoppen met hun studie. Een noodzakelijk kwaad is het zoeken naar en begrijpen van de literatuur. Dé Literatuur. Het collectieve geheugen van de moderne natuurwetenschap, gepersonificeerd als het Internet. Waar wetenschappers een decennium geleden of meer nog fysieke tijdschriften doorbladerden, zijn Google Scholar, Web of Science en PubMed onze kappers. Vanuit daar ploegen wetenschappers de digitale versies van hun begeerde tijdschriften door. Eerst was het een crime om genoeg tijdschriften te verzamelen en de referenties op orde te houden, nu is het vervelendste om niet teveel artikelen te verzamelen en de referenties op orde te houden.

Een wetenschappelijk artikel lezen is een zwaar en intellectueel uitdagend proces. De auteurs hebben hun best gedaan om zoveel mogelijk informatie, op een nog steeds leesbare manier, in zo weinig mogelijk tekst te weven. Een artikel begint met een titel, dan een korte samenvatting van het complete artikel (de abstract), dan een inleiding (waarom werd dit onderzoek uitgevoerd), et cetera. Tijdens het globale zoeken wordt meestal niet verder gelezen dan de titel, bij meer interesse worden de afbeeldingen geskimd, daarná pas de abstract en als dan de absolute relevantie vast gesteld is, wordt het hele artikel van binnen en van buiten gelezen. Maar lieve lezer, vergist u niet, een aantal pagina’s lezen kan zo een hele werkdag in beslag nemen. De hoeveelheid informatie per zin is ongekend en uiterste concentratie is nodig om elk cruciaal detail te extraheren.

Maar nu, als Kind Van Het Internet, ik denk dat dit beter/gemakkelijker/sneller kan.

De artikelen die nu digitaal beschikbaar zijn, zijn niet meer dan restanten van een papieren tijdperk. Ze worden opgemaakt alsof ze in een papieren tijdschrift gepubliceerd zullen worden, terwijl ze meestal digitaal gelezen worden. Heel raar eigenlijk. Het allermooiste op het Internet is de hyperlink. Maar waarom staan referenties er dan nog altijd netjes als superscript1 of als parenthese [2] tussen? Als ik op de Scheikundejongens iets interessant vind om naar te verwijzen, voeg ik zelf een link toe. Maar wetenschappers kunnen dat niet. Als ik een artikel lees, en er wordt een stelling gedaan, staat er een referentie naar. Onderaan de pagina, of aan het einde van het artikel, staat dan een volledige referentie waarmee ik in mijn favoriete zoekmachine overweg kan. Maar waarom moet ik dat allemaal zelf ‘met de hand’ doen? Waarom zijn hyperlinks geen optie?

Het Internet is er klaar voor, tekstverwerkers zijn er klaar voor, computers zijn er klaar voor, maar alleen uitgevers zijn te conservatief of te lui om mee te gaan met de prachtige verbeteringen die onze tijd ons schenken. Maar ach, een fatsoenlijke RSS feed of Open Science is ook nog steeds teveel gevraagd. Tot die tijd zal ik mijn kleine steentje bijdragen met de volgende tip:

% --- Packages --- %

\usepackage{hyperref}

% --- Settings --- %

\hypersetup{
colorlinks,
citecolor=black,
filecolor=black,
linkcolor=black,
urlcolor=black
}%zorgt voor onopvallende hyperrefs

  1. Voetnoten zijn een van de meest verschrikkelijke afleidingen die een schrijver kan gebruiken. Je kan jezelf niet meer in de voet schieten dan met het gebruik van dit soort belachelijke afleidingen. Als het belangrijk genoeg was wat je in je noot wil zetten, maak er dan een mooi verhaal van en zet het in de tekst.
  2. Of is het enkelvoud parenthesis?

2 gedachtes over “Een volgende manier van wetenschap”

  1. Ik denk dat die hyperlink referenties een heel groot nadeel hebben: Langdurig lezen op een beeldscherm is naar. Als een artikel interessant genoeg is om helemaal te lezen is het dan ook veel minder vermoeiend om het uit te printen. In dat geval is een tijdschrift layout juist wel heel prettig.
    En laten we wel zijn, veel artikelen staan ook in html op het web; hierin wordt vaak wel een in-line link naar de referentie in kwestie gegeven

    Wat betreft voetnoten: van wat ik heb horen zeggen door de culturele antropologie student die ik ken zijn in dat soort vakgebieden voetnoten wel heel handig. Maar ja, dat is een kleine steekproef natuurlijk 😉

  2. Goed punt, Anniek, als ik artikelen van voor tot achter wil gaan lezen, lees ik ze vele malen liever van papier, met een pennetje erbij voor aantekeningen. Overigens is hyperref een geweldige package, het maakt het nakijken van verslagen voor begeleiders een stuk praktischer, en je hebt je bronnen zo gevonden.
    En voetnoten vind ik prima, mits ze informatie bevatten die echt naast de lijn van het verhaal staat, en ze onderaan de pagina van de verwijzing geplaatst worden en niet helemaal achteraan, dat is echt eindeloos geblader.

Laat een antwoord achter aan Anniek van der Helm Reactie annuleren



Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

 

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.