Sinds deze week zijn de Scheikundejongens niet alleen te volgen via Twitter@SJs_nl, maar ook via Facebook. Je zal daar bericht-updates vinden, maar er is hoofdzakelijk ruimte voor jullie. Dus wordt fan van ons door op het “Vind ik leuk”-knopje te klikken en voel je vrij een berichtje achter te laten op ons Prikbord.
Jaar: 2010
Politiek over nanotechnologie
Woensdag aanstaande mogen we weer stemmen en omdat de Scheikundejongens scheikundigen zijn, willen we dat er gelet wordt op onderzoek en onderwijs. Nu zouden we natuurlijk een mooie opsomming kunnen geven van wat elke partij daarvan vindt, maar iedere weldenkende partij vindt onderzoek (tot op een bepaalde hoogte) natuurlijk een goed idee. Er is ten hoogste discussie over de onderwerpen van het onderzoek. En wat is nou het interessantste voor ons? Precies, nanotechnologie.
Er is al veel onzinnigs geroepen over nanotechnologie en teveel mensen die hier te weinig vanaf weten, hebben over nanotechnologie een mening. Vinden wij. Lang verhaal kort, de Scheikundejongens hebben alle partijprogramma’s gedownload en eens gezocht op ‘nano-‘ en dit zijn onze bevindingen.
Te beginnen met een opsomming van partijen die niks over nano(technologie) in hun partijprogramma hebben: SP, GroenLinks, PvdA, PvdD, CDA, Christen Unie, VVD, TON, PVV, Piratenpartij, Heel NL, Nieuw Nederland en Lijst 17. Voor de oplettende lezer met een tel-obsessie: lijst 11 doet niet mee aan de verkiezingen. De volgende partijen hebben wel iets te melden over nanotechnologie: D66, SGP, MenS en Partij één.
D66
Nederland is een land van ondernemen, handel en bedrijvigheid. De ‘parels’ van onze economie zijn waterbeheer en innovatieve voeding, maar ook hightech materialen & -systemen en creatieve producten. En tegenwoordig ook nano-technologie, gaming en industriële design-producten. Deze sterktes van ons land kunnen en moeten we in de toekomst uitbouwen. Daar gaan we ons geld mee verdienen in de toekomst. Nederland als onmisbaar knooppunt in het internationale bedrijfsleven.
(…)
Investeren in innovatie. D66 wil innovatie in biomedische ontwikkelingen zoals biobanken, nanotechnologie en stamcelonderzoek ruim baan geven door een ruimhartig beleid en door onderzoeks- en implementatiegelden ter beschikking te stellen. Zorgconsumenten moeten nauw bij innovaties betrokken zijn.
SGP
De voortschrijdende potentie van bijvoorbeeld nano- en biotechnologie roept in heel de maatschappij fundamentele vragen op: Wat is leven eigenlijk? Waar de moderne mens zichzelf tot maat van alle dingen heeft verklaard en niet goed raad weet met deze fundamentele vragen, heeft de SGP hier wel een duidelijke en waardevolle visie op. God heeft het leven geschapen. Zijn Woord is de maat van alle dingen.
Concreet:
– De SGP is tegen genetische modificatie van dieren. De SGP is ook tegen genetische modificatie van gewassen als genen van niet aanverwante soorten ingezet worden. Bij zwaarwegende humane, medische redenen kan hierop een uitzondering gemaakt worden.
– De overheid moet zorg dragen voor een voedselketen die vrij is van genetisch gemodificeerd materiaal.
– Het octrooirecht op genen en plantenrassen moet herzien worden.
– Het maatschappelijk debat over de ontwikkeling en toepassing van technologieën die vergaande invloed hebben op het leven op aarde moet vroegtijdig geïnitieerd en gevoerd worden.
MenS
Nieuwe technologieën
Nieuwe technologieën zijn in ontwikkeling. Zij zijn echter zo ingewikkeld dat het maatschappelijk debat erover stil valt. Te denken valt aan gentechnologie, chiptechnologie en nanotechnologie. Deze wetenschap kan leiden tot nieuwe technieken, maar brengt ook gevaren en risico’s met zich mee. Bij de ontwikkeling en inzet van deze technologieën is wijsheid essentieel. Een dialoog moet op gang worden gebracht aan de hand van simpele, alledaagse voorbeelden en scenario’s, zodat goed overdacht gen-, chip- en nanobeleid kan worden geformuleerd. Het voorzorgsprincipe dient hier altijd het uitgangspunt te zijn.
Partij één
Exponentiele Trends
Steeds meer wetenschappers en longterm trend watchers zijn er van overtuigd dat veel van de meest belangrijke ontwikkelingen niet liniair zijn maar exponentieel zijn van aard. Ray Kurzweil onderbouwt deze theorie in zijn boek ‘The Singularity is Near’. Kurzweil doet belangrijke voorspellingen over de ontwikkeling van technologie die de koers van de mensheid voorgoed zullen veranderen.
Zo zullen we volgens Kurzweil al voor 2030 computers hebben van één000 euro of minder waarvan de prestaties het menselijk brein evenaren. De groei in computerprestaties is exponentieel, dat wil zeggen dat hij steeds sneller gaat doordat hij vermenigvuldigd wordt met een bepaalde factor. Maar niet alleen in de snelheid van computers zien we deze accelererende groei. Ook bijvoorbeeld in biomedisch wetenschap, nano-technologie, wereldbevolkingsgroei, of milieuvervuiling en het opmaken van grondstoffen.De Juiste Houding
Kenmerkend aan exponentiële groeitrends is dat ze steeds steiler gaan lopen. En als de trend zich zo voortzet word de situatie onhoudbaar en onvoorspelbaar. Dit betekent dat wij, binnen ons huidige systeem van denken en doen, geen antwoord hebben op waar deze trends heen gaan en wat we moeten doen tegen de tijd dat het zo ver is. Als we erkennen dat belangrijke ontwikkelingen exponentieel zijn, kunnen we op drie mogelijke manieren reageren: één) Ontkennen dat er iets aan de hand is; 2) ontwikkelingen tegen proberen te houden, oftewel vasthouden aan het oude bekende; 3) ontwikkelingen erkennen, en onze paradigma’s aanpassen. Deze laatste reactie is de enige juiste en zal leiden tot het identificeren van nieuwe kansen en zal de deur openen voor welvaart en groei.
Wat hebben we nou geleerd? Er zijn veel partijen die zich niet druk maken over nanotechnologie. Dat kan zijn omdat ze er niks vanaf weten, of omdat ze door hebben hoe nanotechnologie zich verhoudt tot natuur- en scheikunde.
D66 wil nanotechnologie ruim baan geven, maar zegt wel iets raars over nanotechnologie. Ze noemen het een biomedische ontwikkeling — en dat is nanotechnologie natuurlijk niet helemaal.
De SGP heeft wat mij betreft een wat lastig verhaal en ik krijg het idee dat ze hun standpunt over nanotechnologie niet helemaal (helemaal niet) uiteenzetten.
MenS heeft wat mij betreft een wat amateuristisch partijprogramma, maar eerlijk is eerlijk, hun standpunt over nanotechnologie is erg realistisch: “Nieuwe technologieën (…) zijn zo ingewikkeld dat het maatschappelijk debat erover stil valt.” Nu kun je jezelf afvragen hoe terecht dit is. Simpele voorbeelden over teddyberen die giftig zouden kunnen zijn zijn wel beeldend, maar niet representatief.
Van Partij één moet ik een beetje huilen. Afgezien van dat er iets mis is gegaan met een find-replace actie, hebben ze geen idee over wat exponentieel betekent. Ze zullen wel de taalkundige ‘exponentieel’ bedoelen, dat zoiets als ‘eerst veel en daarna nog meer’ betekent? Typische voorbeelden van zaken die exponentiële groei vertonen zijn niet wetenschap, technologie, milieuvervuiling en het opmaken van grondstoffen. Ik denk dat als we al deze zaken zouden kwantificeren (op welke manier dan ook), dan een fit met een exponentiële functie op niks uitloopt. Toch schattig geprobeerd. En wat hun punt nou is? Ik denk dat we dat boek moeten gaan lezen en accepteren dat er dingen om ons heen veranderen. Lijkt me een slecht idee. Stoffen die niet gecontroleerd zijn op toxiciteit maar potentieel gevaarlijk zijn, toevoegen aan voedingsmiddelen lijkt me een slecht idee. Ons oude paradigma werkt hier prima: nieuwe dingen moet je testen.
Hebben we jullie interesses in de partijprogramma’s gewekt? Dan kunnen jullie ze hier downloaden. Voor interviews over nanotechnologie met een aantal partijen verwijs ik jullie graag door naar de Kennislink Nanotechnologie vakpagina. Tot slot wil ik jullie allemaal oproepen om te stemmen. Blanco stemmen is altijd beter dan niet stemmen.
Ideetje voor het IYC2011
We schreven al eerder over de aankondiging van het Internationale Jaar van de Chemie (IYC) in 2011. Wij riepen op tot een feestje. Twee weken later is de KNCV erg benieuwd naar uw inbreng. Ze verlangden een idee van een half A4, voor eind mei. De haalbaarheid willen ze graag overleggen met U.
Eigenwijs als we zijn, trekken we ons hier niks van aan. Een open verzoek naar jullie allemaal: ons idee.

Het ultieme toonbeeld van de scheikunde is natuurlijk het periodiek systeem der elementen. Iedereen weet dat de Russische natuur- en scheikundige Dmitri Mendeleev de vormgever van dit fantastische overzicht is. Maar wat niet iedereen weet, is het onderwerp van zijn promotieonderzoek. Ook die goeie ouwe Mendeleev is ooit doctor geworden.
Op 4 februari 1865 sprak hij een rede uit waarna hij werd gepromoveerd tot doctor in de (natuur)wetenschappen. De titel van de rede: “Рассуждение о соединении спирта с водой” (“Verhandeling over de Combinaties van Water met Alcohol”). Conclusie? Als vodka minder dan 38% alcohol bevat, smaakt het waterig; meer dan 38% geeft een branderige smaak. Hoe hij hierachter is gekomen? Het eigenvolume van watermoleculen en ethanolmoleculen, in combinatie met de hoeveelheid ethanolmoleculen die om een watermolecuul passen. Super dik!
Mijn idee is om op vrijdag 4 februari 2011 een feestje te bouwen ter ere van de geweldige Dmitri Mendeleev. We komen samen op een nog nader te bepalen locatie en zullen daar een ode brengen aan al het goede dat de chemie ons voortbracht. De gaafste experimenten zullen gedemonstreerd worden; optredens van bands als The Chemical Brothers en We Are Scientists; lezingen over de overgang van alchemie naar scheikunde; misschien een lezing van prof. dr. Martyn Poliakoff (uit Periodic Videos); een periodieke collectie der elementen; ijsjes maken met vloeibaar stikstof; en natuurlijk is er naderhand een borrel. Wat vinden jullie?
Met dank aan Andrei voor het vertalen van datum en titel van het proefschrift
Afslanken door bijwerkingen?
Geneesmiddelenfabrikant GlaxoSmithKline (GSK) heeft al enkele jaren de vrij-verkrijgbare afslankpil alli op de markt. Hoewel ik er tot een paar dagen terug nog nooit van had gehoord, blijkt het erg populair te zijn in de VS. Het middel werkt doordat het de omzetting van triglycerides in vrije vetzuren blokkeert. Je lichaam kan triglycerides niet opnemen — logisch dat je dan afvalt. Maar omdat het vet niet wordt opgenomen, komt het via de natuurlijke route weer naar buiten, wat nare bijwerkingen tot gevolg heeft.
Schreef ik bijwerkingen? GSK noemt het voedingsgerelateerde neveneffecten. De blog van Angry Aussie verwoordt onze mening goed:
A simplified medical description of the drug is that it’s a fat blocker. It stops your body from absorbing some of the fat in your diet. It doesn’t burn calories. But fat that would have otherwise been absorbed by your body… isn’t. Because fat contains calories less calories will go into your body.
But here’s the most important thing the drug does: it makes you shit oil. Worse, it makes you shit your pants. With oil. This is not the ravings of some fringe conspiracy group, this is what the company tells you itself on its website. Buy our drug if you want to lose weight. Oh, by the way, you’ll end up shitting your pants.
Neat, huh? No wonder it’s selling so well. That large sector of the public that enjoy having their pants filled with liquefied shit has been seriously under-catered to up until now.
Om de bijwerkingen te verminderen, raadt GSK de gebruiker aan om minder vetrijk voedsel te eten. Als je dat doet, krijg je inderdaad minder calorieën binnen. Maar als je minder vetrijk voedsel eet en dit middel níet gebruikt, val je toch ook af? Ik begrijp het niet meer.
Ik vind het belachelijk dat dit geneesmiddel zonder recept te verkrijgen is. Dit middel stimuleert mensen niet om de oorzaak van hun overconsumptie van calorieën aan te pakken, maar alleen het zichtbare effect. Het zet mensen ook niet aan tot het (permanent) verbeteren van hun leefwijze door te kiezen voor gezondere voeding en meer beweging.
Het zaakje stinkt en niet alleen in figuurlijke zin. Lees het hele verhaal op Angry Aussie en blijf ver van dit soort producten vandaan. Bekijk ook eens de bijsluiter.
Bedankt voor de tip, Willem
VWO eindexamen scheikunde
Afgelopen woensdag was het dan zo ver: alle 6-VWO’ers met scheikunde in hun vakkenpakket mochten drie uur lang zwoegen op het eindexamen scheikunde. Mijn eigen eindexamens zijn alweer vier jaar geleden, maar toch kon ik het niet laten om — geheel vrijwillig — het eindexamen helemaal te maken en mijn mening er over te geven. Uiteraard heb ik niet gespiekt op internet en geen andere hulpmiddelen gebruikt dan mijn oude Binas en een rekenmachine.
Het viel me direct al op dat het examen weer vrij veel leeswerk bevatte: 10 pagina’s (exclusief voorkant) voor 26 opgaven. Hierover wordt door scholieren vaak geklaagd en daar kan ik me wel wat bij voorstellen. Desondanks is het wel belangrijk dat je leert om uit grote lappen tekst snel de belangrijke informatie te halen. Dat moet dus ook zeker getest worden, al moet het examen geen begrijpend-lezen-test worden. Dat was naar mijn mening bij dit examen gelukkig niet het geval, er zat maar één vraag bij waarbij het antwoord vrijwel letterlijk uit de tekst gehaald moest worden (opgave 4, het tekenen van het blokschema).
Verder viel het me op dat het een heel compleet examen was. Alle belangrijke onderwerpen zaten er wel in: evenwichten, redox reacties, zuren en basen, analytische chemie (in de smaken titraties, gaschromatografie en massaspectrometrie), biochemie en een snufje industriële chemie — dat is voorgaande jaren wel eens anders geweest. Opvallend afwezig was een vraag over polymeren. Wel was er een vraag over eiwitten en eigenlijk zijn eiwitten ook gewoon polymeren, dus misschien moet ik niet zo zeuren.
De vraag “slechte smaak” over het brouwen van bier vond ik leuk, al was opgave 6 voor veel scholieren waarschijnlijk een beetje te hoog gegrepen. De biochemie vraag “PKU” vond ik dan op sommige punten wel verdacht veel op een biologie-examen lijken, met name opgave 21 en 22. Opgave 23 vond ik echt té flauw: dit soort vragen mag wat mij betreft voortaan achterwege blijven.
Desondanks vond ik dat het niveau van het gehele examen hoog lag. Volgens mij vonden de scholieren dat ook: op moment van schrijven zijn er bij het LAKS al zo’n 5000 klachten binnengekomen, ongeveer evenveel als voor natuurkunde en Nederlands. Ik ben dus zeer benieuwd naar de normering.
Waar ik ook benieuwd naar ben, is hoe ík het examen heb gemaakt. Ik heb geen leraar scheikunde meer die het voor me nakijkt, dus bij dezen een oproep aan alle (eventueel aanstaande) scheikundeleraren: wie wil mijn antwoorden nakijken? Ik heb mijn uitwerkingen ingescand en je vindt ze hier (PDF). Mijn dank is groot!
Voor wie het examen ook wil maken: de opgaven, uitwerkbijlage, correctiemodel en bijbehorende aanvulling.