2011: Internationaal Jaar van de Chemie

Mme. Marie Curie, 1911

In 1905 publiceerde Albert Einstein vier artikelen die de wetenschap veranderden. Een waarmee hij de Nobelprijs won, een waarmee hij het bestaan van moleculen bewees, een waarin hij stelde dat massa en energie equivalent zijn (of zoals de meesten het zich herinneren: $E=mc^{2}$) en een over zijn ideeën over (speciale) relativiteit. Honderd jaar later, in 2005, werd het jaar van de natuurkunde gevierd.

In 1911 kreeg Marie Curie de Nobelprijs voor de scheikunde (8 jaar nadat ze hem voor de natuurkunde kreeg). Ze verdiende de prijs voor haar bijdragen in de vooruitgang van de chemie, voor de ontdekking van de elementen radium en polonium, de isolatie van radium en voor de studie ernaar. Komend jaar, 2011, zal het jaar van de scheikunde gevierd worden. In Nederland zal de KNCV dit feest promoten en mede mogelijk maken.

De doelen die gesteld zijn, zijn duidelijk: publieke waardering van de chemie vergroten, meer belangstelling van jongeren voor de chemie creëren, meer enthousiasme voor de creatieve toekomst van de chemie genereren (die is namelijk “essentieel voor duurzaamheid en verbetering van onze levenswijze”) en tot slot, vieren dat Marie Curie de Nobelprijs voor de scheikunde kreeg door “de bijdrage van vrouwen aan de chemie onder het voetlicht te brengen”. Doelgroepen zijn (wie niet?) jongeren, vrouwen, volwassenen (het brede publiek) en chemici.

Mooie woorden en nobele doelen, maar hoe gaat dit werken? Lieve lezers, als jullie ideeën hebben over hoe chemie uit te leggen, zijn wij één en al oor. Ik hoor graag van iedereen: scholieren, docenten, studenten, wetenschapsjournalisten, iedereen. En ik weet zeker dat grote organisaties als C3, Kennislink, KNCV, NVON, NWO-CW en de VNCI meelezen, dus vertel het ons. Komt er een flash mob? Gratis uitdeel-dingetjes? Live concerten? Lezingen of colleges? Gaan we met z’n allen verkleed als element of onze favoriete scheikundige, op een afgesproken dag? Je hebt geen idee hoe leuk we het vinden om over dit soort initiatieven te horen.

En dan sluit ik graag af met mijn lijfspreuk over feestjes:

Ieder excuus is een goed excuus voor een feestje.

Vast of vloeibaar?

Iets meer dan een jaar geleden schreven we onder de noemer “Over water lopen? Het kan!” al over het beroemde experiment waarbij je maïzena mengt met water. Er ontstaat dan een niet-newtoniaanse vloeistof: een vloeistof waarvan de viscositeit (‘stroperigheid’) afhangt van de snelheid waarmee het stroomt. In het geval van maïzena en water neemt de viscositeit toe bij toenemende stroomsnelheid; dit heet dilatantie of shear thickening. Bij andere materialen zal de viscositeit juist afnemen, denk aan ketchup of verf. Dit noemen we shear thinning. (Een correcte Nederlandse vertaling van deze term is mij overigens onbekend, heeft iemand een suggestie?)

Of je dergelijke niet-newtoniaanse materialen nu moet beschouwen als vloeibaar of vast hangt vooral af van de tijdsschaal waarop je kijkt en van de grootte van de krachten die erop worden uitgeoefend. Het bekende Silly Putty stroomt langzaam op een tijdsschaal van minuten als er maar kleine krachten op worden uitgeoefend en lijkt dan het meest op een vloeistof. Trek je echter even stevig aan een stukje Silly Putty, dan breekt het. Je kunt er natuurlijk ook een grote bal van maken en deze van hoog gebouw gooien (zie onderstaand filmpje). Dit laat zien dat Silly Putty bij het uitoefenen van grote krachten op korte tijdsschaal ineens het meest doet denken aan een vaste stof.

De overtreffende trap van Silly Putty is wat mij betreft pek, een verzamelnaam voor allerlei zeer visceuze ‘vloeistoffen’ zoals teer en bitumen. Pek is op het eerste gezicht een bros materiaal. Wanneer je er met een hamer op slaat, zal het in vele stukken opbreken zoals een vaste stof dat doet. Dit is op het plaatje hiernaast te zien.

Een beroemd experiment genaamd het pekdruppelexperiment (of Pitch Drop Experiment) aan de Universiteit van Queensland in Australië laat zien dat pek wel degelijk vloeibaar is. In 1927 heeft Professor Thomas Parnell verwarmde, vloeibare pek in een afgesloten trechter geschonken. Dit heeft hij rustig laten afkoelen. Drie jaar later is de trechter geopend en sindsdien valt er ongeveer eens in de tien jaar een druppel pek uit de trechter. Hiermee hebben ze kunnen uitrekenen dat de viscositeit van pek ongeveer 100 miljard (1011) keer groter is dan die van water. Het experiment loopt nog steeds door en heeft daarmee niet alleen een plek in het Guinness Book of Records veroverd als langstlopende experiment, maar ook nog een Ig Nobelprijs opgeleverd.

Sinds 1927 zijn er acht druppels gevallen en de laatste druppel viel op 28 november 2000. Nog nooit heeft iemand echter de druppel daadwerkelijk zien vallen. Ook zijn er geen videobeelden van: door een technisch probleem is het niet gelukt om het vallen van de laatste druppel op te nemen. Aangezien de laatste druppel bijna tien jaar geleden is gevallen, valt het te verwachten dat het niet al te lang meer duurt voordat de volgende druppel valt. Voor degenen die hun geluk willen uittesten: er is ook live beeld (pas op, raar Windows Media Player linkje).

Hoewel pek ten onrechte als vaste stof wordt aangemerkt, wordt van glas juist vaak gedacht dat het vloeibaar is. Er wordt dan gezegd dat bij oude gebouwen te zien is dat het glas in de ramen aan de onderkant wat dikker is. Glas is echter, op enige observeerbare tijdschaal, niet vloeibaar. Wel was men vroeger niet zo goed in het maken van glas dat overal even dik was. Slim als men destijds was, werd gewoon de dikste (en zwaarste) kant van het glas onder geplaatst. Of, om een quote uit een artikel hierover te gebruiken:

(…) window glass will only flow appreciably at room temperature if one waits until the “Second Coming”!

Er wordt geschat dat de tijdsschaal waarop glas vloeibaar is, 1023 tot 1032 jaar bedraagt. Ter vergelijk: de leeftijd van het universum bedraagt ongeveer 1010 jaar, dus voor alle praktische doeleinden is glas, in tegenstelling tot pek, écht een vaste stof.

Te weinig tekens

Zo, nu is het wel weer genoeg geweest. Mijn docenten wiskunde en natuurkunde klaagden maar raak: “Sorry, maar deze k betekent iets anders dan die k.” En niet één keer, nee nee, geregeld. Presentaties, boeken, artikelen (zowel wetenschappelijke als populair geschreven). Allemaal verwarrend en allemaal hetzelfde probleem. Als we nou appels én peren N noemen, dan zie ik het verschil ook niet meer.

Dus hierbij mijn tip van de dag aan iedereen die wel eens iets schrijft met letters. Gebruik de volgende tekens, en als dat niet genoeg is, kun je er altijd nog super- of subscripts aan toevoegen. En als dát niet genoeg is, zet je er een tilde (~) boven, of een streep erdoorheen ($\hbar$) of gebruik je één van onze tien cijfers (1; 2; 3; 4; 5; 6; 7; 8; 9; 0).

Is dit duidelijk genoeg? Ben ík duidelijk? We hebben veel om uit te kiezen. Doe er iets mee.

Raad de elementen

Op de middelbare school kom je al vroeg in aanraking met het periodiek systeem der elementen: de belangrijkste bron van informatie over de elementen. Veel mensen zien het periodiek systeem daarnaast als hét icoon van de scheikunde. Wanneer iets met scheikunde te maken heeft, kan een periodiek systeem nooit ver uit de buurt zijn.

Maar hoe goed ken je het periodiek systeem nu eigenlijk? Op sporcle.com staat, naast vele andere mentally stimulating diversions, een aantal leuke quizzen over het periodiek systeem. Zo is er een quiz waarbij je elementen moet noemen die dezelfde afkorting hebben als Amerikaanse staten, waarbij je alle alkalimetalen moet opnoemen of waarbij je elementen moet noemen die niet eindigen met de letter n of m. En voor alle fans van What The Movie is er ook nog een quiz waarbij je films moet raden aan de hand van de symbolen van elementen.

Mijn favoriet is echter degene waarbij je simpelweg zo veel mogelijk namen van elementen uit het periodiek systeem moet opnoemen. Ik kwam tot 66. Hoe ver komen jullie? Niet spieken hè!

Met dank aan Freddy en Roel voor de tip.

Chemische fomules in Word

Als je iets schrijft over scheikunde, wil je nog wel eens een structuurformule in je tekst zetten. Er zijn een aantal programma’s die hele mooie structuurformules (zowel 1D als 2D, soms 3D) kunnen maken. Verreweg het meest fantastische en uitgebreide chemische programma dat ik ken, is Chemdraw. Maar voor iedereen die de $2.000 wat veel geld vindt voor een kopie van ChemDraw, heeft Microsoft een alternatief.

Chemistry Add-In for Microsoft Office Word — of wat korter, Chem4Word — is gratis en open-source. Dat betekent dat iedereen het mag gebruiken en programmeurs/ontwikkelaars zijn vrij de code aan te passen. Misschien wat minder interessant voor de gemiddelde gebruiker: Chem4Word gebruikt Chemical Markup Language (CML), dat gebaseerd is op XML. De clou is dat de onderliggende code platte tekst is, maar dat die wel plaatjes kan genereren.

Pablo Fernicola legt in het volgende (Engelse) filmpje uit hoe het werkt. Merk op dat Chem4Word alleen werkt voor Office 2007 en 2010. Als je een oudere versie draait: bespaar je de moeite.

Voor hen die een gratis programma zoeken dat chemische formules en structuren maakt, is er nog ChemSketch Freeware. Dit programma is voor niet-commerciële doeleinden en de gratis versie komt zonder technische ondersteuning. Als je dus vragen hebt, of het is kapot, word je door de makers niet geholpen.

En dan sluit ik graag af met mijn lijfspreuk over tekstverwerken:

Als het opmaken van een tekst in MS Word niet lukt, ligt dat meestal aan Word; als het opmaken van een tekst met LaTeX niet werkt, ligt dat altijd aan jezelf.

Chem4Word via Chemical & Engineering News