Nerdy poster- en t-shirt-vrijdag

Het is vrijdag en na een spannende week is het tijd voor wat luchtigs. Morgen is Night of the Nerds en ik heb begrepen dat er aan de deur ook nog kaartjes te koop zullen zijn, dus komt allen.

Maar wat trekken we aan. Dat was de vraag die ik vorige week vrijdag ook al stelde. Hieronder nóg wat suggesties voor als je indruk wil maken op je andere nerdy friends. Eerst iets voor wetenschappers in het algemeen en biochem cowgirls in het speciaal. (Productpagina)

Als we het dan tóch over biochemici hebben, dan hebben we het al snel over bacteriën en bacteriophagen. Die van het soort die je met “mijnheer” en “mejuffrouw” aanspreekt. (Productpagina)

Terug naar de wetenschap. Het blijkt namelijk dat er nog veel controverse is over wat door sommigen heel gewoon gevonden wordt. Maar geef toe, iemand anders ervan overtuigen van een perpetuum mobile is ook heel leuk. (Productpagina)


Tot slot twee overprijste, maar wel mooie posters, die je aan je liefje zou kunnen geven. (Productpagina)

Posters via Geekologie

Waarom de Nederlandse wetenschapsjournalistiek beter moet

Een paar jaar geleden ben ik samen met een vriend van me de Scheikundejongens begonnen. We vonden het leuk om wat te vertellen over de dingen die ons bezig hielden. Door onze blog kwamen we leuke mensen tegen met leuke sites en mooie ideeën. Kennislink was een van de eerste andere wetenschapsblogs die we tegenkwamen. Die zwaar-gesubsidieerde site bestaat uit een heleboel secties, waarvan een paar natuurwetenschappelijk zoals Kennislink|Scheikunde. En na zoveel jaar kan ik wel stellen dat we leuk contact hebben met Kennislink.

De Scheikundejongens zie ik ook als een plek waar ik kan leren schrijven. Op de universiteit leer ik Engelstalige wetenschappelijke verslagen en artikelen te schrijven, maar voor de Scheikundejongens schrijven vind ik eigenlijk lastiger. Ik heb een slechter beeld van wie mijn publiek is, materie compleet behandelen is veel gemakkelijker dan materie begrijpelijk opschrijven, en op de universiteit zijn er veel mensen die me willen leren schrijven. Mark en ik geven elkaar wel veel tips en commentaar, maar dat is toch een beetje zelf het wiel uit proberen te vinden. Wetenschapsjournalistiek is moeilijk.

Maar, wetenschapsjournalistiek is wel belangrijk. Vandaag opende de nrc.next op de voorpagina met “Wetenschap is ook maar een mening.” Ik kan wel huilen als ik dat soort dingen lees. Gelukkig is het bijbehorende artikel genuanceerder. We leren uit het stukje dat iedereen met toegang tot Internet en scholing, mee kan doen aan wetenschappelijk denken. Wikipedia is voor praktisch iedereen leesbaar en relatief “(…) veel mensen hebben enkele jaren training gehad in kritisch denken.” Maar is dat genoeg? Kan iedereen nu alles begrijpen? Ik denk het namelijk niet. Want wie zegt dat je het bij het juiste eind hebt? Een pagina die je op Internet hebt gevonden, of een fysiek iemand die zich jaren heeft verdiept in het onderwerp?

Wetenschapsjournalistiek moet zorgen voor begrijpelijke én betrouwbare informatie. Hartstikke fijn dat er een mooi artikel in Nature of Science staat, maar wie leest dat? En wie begrijpt dat? Pas als de Quest of de wetenschapsredactie van een fatsoenlijke krant zich er over heeft gebogen, krijgt het brede publiek hapklare brokken informatie. De nuance die in een wetenschappelijk artikel staat, kan niet goed begrepen worden door een leek, dus zal iemand dat op moeten breken in concrete feiten. Voorbeeld: een artikel in Nature claimt dat nieuw onderzoek op het gebied van kanker, een bepaald medicijn beschikbaar maakt. Wat de wetenschappers die dit lezen begrijpen — en wat de wetenschapsjournalist die hierover bericht moet opschrijven — is dat voordat een medicijn op de markt komt, er nog járen (15–20) klinische proeven gedaan moeten worden. Het denkkader waar wetenschappers jarenlang in getraind zijn, moet door wetenschapsjournalisten kant-en-klaar aangeleverd worden voor de geïnteresseerde lezer.

Maar nu terug naar mijn stelling: waarom is de Nederlandse wetenschapsjournalistiek, ondanks het belang, zo ongezond? Politici schermen graag met het gegeven dat Nederland een kenniseconomie is. Mijn observatie is dat er in Nederland weinig ongesubsidieerde blogs zijn met een wetenschappelijke tint. Die van de Wiskundemeisjes, Sciencepalooza en die van ons zijn de énige blogs waarvan ik zeker weet dat ze niet zwaar gesponsord worden en met hoge regelmaat wat schrijven. Maar dan zijn de Wiskundemeisjes eigenlijk alweer gestopt met bloggen. Nota bene: als ik iets over het hoofd zie, laat me dat alsjeblieft weten in de commentaren hieronder.

Iets anders waar ik me al jaren over verbaas, is de hoeveelheid redactie van het gemiddelde wetenschapskatern. Of dat nu een krant is, of een website, of voor mijn part de NOS. Wetenschap is niet iets dat je er eventjes bij doet. Wetenschap is niet een kwestie van ik vind dat-en-dat en hij vindt van niet. Wetenschap is exact en genuanceerd. Waarover je moet nadenken en waarin je gemakkelijk fouten maakt. Een wetenschapsredactie is niet iets dat uit één persoon kán bestaan. Uit principe moet een wetenschapsredactie uit meerdere mensen bestaan, anders kun je elkaar niet controleren en bekritiseren.

Tot slot is er dan nog het gebrek aan interesse. Of nee, interesse is het verkeerde woord. Aanzien. En dan heb ik het niet over de kwestie ‘vleeseters zijn hufters,’ maar over wat de gemiddelde middelbare scholier van wetenschap vindt. Misconcepties waar ik heel ongelukkig van word, zijn: beta is alleen voor jongens; wetenschap is saai; beta is voor nerds; het is okay om niet goed te zijn in wiskunde of beta; enzovoorts. Toch hebben maar weinig scholieren door dat kleine tweaks en hacks op hun computer, of het nadenken over hoe je het best kan levelen, eigenlijk al wetenschappelijk is. En dat is okay. Niks om je voor te schamen. In tegendeel, iets waar scholieren eigenlijk veel meer in gestimuleerd kunnen worden.

Wetenschap is belangrijk en het begrip van wetenschap hoort bij deze tijd. Maar er wordt te weinig aandacht besteed aan het uitleggen van wetenschap na de middelbare school. Steeds meer mensen hebben kritisch leren denken, maar ik denk dat veel mensen nog foute conclusies trekken. En de wetenschapsjournalistiek moet harder z’n best doen om dat te veranderen.

Vrijkaartjes voor het Discovery Festival 2011

Vlak nadat we eerder deze week schreven over het Discovery Festival 2011, kreeg ik te horen dat we vrijkaartjes weg mogen geven! Superhoera! We geven twee maal twee kaartjes weg voor het festival als je een van de volgende dingen doet:

  1. Vertel in de reacties hieronder waarom jij zo goed bij het Discovery Festival past (waarom houd jij van experimenten, muziek, wetenschap, kunst en dans);
  2. ‘Like’ ons op Facebook (en/of like dit bericht) en vertel ons daar waarom jij zo graag naar het Discovery Festival 2011 wil;
  3. Volg ons op Twitter en re-tweet dit bericht.

Doe dit allemaal vóór vrijdag 16 september. We kiezen zelf de winnaars pseudo-random en we berichten je via mail/Facebook/Twitter. Als je niet binnen 48 uur op onze uitslag reageert zullen we helaas de kaartjes aan iemand anders moeten geven. We willen toch niet dat die kaartjes verloren gaan. Kortom, reageer, like, re-tweet en laat de nerd in je naar buiten komen.

Een detail uit het persbericht over het Discovery Festival 2011:

In het wetenschapsprogramma dit jaar opvallend veel live wetenschappelijk experiment op basis van beweging: De onderzoekers achter het pijnonderzoek doen dit jaar onderzoek naar het verschil tussen denken en doen, we gaan balletje trappen met een shutter bril, en met de Mobile Eye Tracker onderzoeken we waar de blik van onze bezoekers blijft hangen. En verder: MacGyver scientist Ralf Hut, 20PK micropresentaties, Brain Computer Interface for Music, Foldit en nog veel meer wetenschapsprogramma.

Het kunstprogramma in The Body Lab draait dit jaar om het lichaam als laboratorium. Een interactieve installatie ‘matcht’ hartslagen van bezoekers, een kunstenaar doet onderzoek naar ‘de gekrompen mens’, een expositie die een bijzondere kijk op het lichaam geeft, een Cardboard Robot Battle en zo kunnen we wel even door gaan. En dan hebben we het nog niet eens over The Graduation Show gehad, met het beste werk van net afgestudeerde kunstacademie studenten.

Ook dit jaar weer muziek in overvloede, en we gaan tot 4 uur ’s nachts door. Op het dak van NEMO draaien Presk en Mattheis de sterren van de hemel. Renkas doet een live set, Fellow neemt percussionisten en een VJ mee, Distant Drummers gaan op zoek naar de mens in de machine, Lustige Lola & Weltschmerz bouwen een feestje, en Cinnaman doet zijn dampende Lowlands-set nog even dunnetjes over.

Kortom: het programma is zo goed als rond!
Lees/bekijk/beluister alle programmaonderdelen op www.discoveryfestival.nl

Dus laat het ons hieronder, op Facebook of op Twitter weten en win die kaartjes.

Discovery Festival 2011

Ah, het ontluiken van een academisch jaar. De geur van de zee in je haren is nog niet weggetrokken en de colleges vangen aan. Zoete zaligheid, tijd voor nieuwe vakken over dingen waar je geen zak van begrijpt. Welkom in de wereld van het studeren.

Maar gelukkig is daar nog het feesten. Komende tijd worden er in ieder geval twee science-gerelateerde feesten georganiseerd: het Discovery Festival en Night of the Nerds. Vorig jaar hebben we ook verslag gelegd van NotN en ook deze keer mogen we kaartjes weggeven. Houd onze site goed in de gaten, want een dezer dagen lees je daar meer over. Maar eerst het Discovery Festival:

Wat: Discovery Festival 2011
Waar: Science Center NEMO Amsterdam (kaart)
Wanneer: Vrijdag 23 september 2011
Prijs: €12,50 of meer

Het Discovery Festival draait om drie dingen: kunst, muziek en wetenschap. Brain Computer Interface for Music en Matchmaker 1.0. Een silent disco met Lustige Lola & Weltschmerz en live electro-pop door Renkas. En dan nog doe-het-jezelf wetenschap à la MacGyver en Mobile Eye Tracking. Ik stel voor dat we allemaal gewoon gaan. Een filmpje ter aanvullende overtuiging:

Zorg ook dat je de blog van het Discovery Festival in de gaten houdt voor “blips of science, art, tech, culture, geekdom and assorted randomness”. Ik ben verkocht. Laat me in de commentaren weten of ik jou er ook tegen zal komen.

Maar hoe promoot je dan wel?

Vorige week schreef ik iets over het schandaal van de Radboud Universiteit Nijmegen: een playboy-model in een plat, door de overheid gesubsidieerd filmpje. Het trekt inderdaad aandacht, maar ik hoop niet dat middelbare scholieren voor zulke promotie zullen vallen. Een ander filmpje dat ik toen liet zien was voor bachelorstudenten. Erg droog, amateuristisch zelfs, maar de boodschap was wel duidelijk.

Twee slechte voorbeelden van hoe een universiteit of studie zich kunnen promoten. Sensatielust en langdradigheid. Ik vind het om te huilen. Maar hoe moet het dan wel?

Laten we eens naar wat vergelijkbare instituten kijken. En laten we direct met mijn grote voorbeeld beginnen. De “I love the whole world” campagne van Discovery Channel:

(Stephen Hawking!) …en het vervolg:

Heb je nou geen kippenvel? Lieve mensen die dingen promoten, kijk deze video’s gerust een paar keer terug, want jullie kunnen hier zóveel van leren. Het is catchy, het heeft gevoel en er zit zelfs meer informatie in dan je op het eerste gezicht zou denken. Maar hier hield het niet op, nee nee, Discovery Channel nodigde iedereen uit om zelf een filmpje te maken en die op YouTube te zetten. Een grotere viral kan ik zo snel niet verzinnen, want zelfs de xkcd en zijn lezers deden mee (hier en hier). And that’s big.

Waar ik me ook mateloos aan erger is de suffe pornomuziek op de achtergrond van het UU-filmpje. Kan daar niet gewoon échte muziek onder? Iets dat niet iedereen kent, maar wel aanspreekt. Een ander, vergelijkbaar voorbeeld: The Science Channel.

Dat moet toch veel meer mensen aanspreken? Of om de betekenisloze beelden van de Radboud-filmpje nog maar eens aan te vallen. Waar ging dat over? Met die storende televisie en die suffe professor. Dat geeft toch geen leuk beeld van wetenschap? Als je een boodschap over wil brengen, moet je laten zien hoe het echt zit. En dat betekent nou weer niet dat je het hoeft te overdrijven. Een voorbeeld om te laten zien dat animaties betekenis kunnen hebben. Het grote chemie-concern DuPont wilde eens overbrengen hoe zij het liefst wetenschap zien:

Lieve promotoren, kunnen jullie hier iets mee? Allemaal filmpjes over superdroge wetenschap. Allemaal willen ze duidelijk maken dat wetenschap om gevoel gaat, alles-omvattend is en iedereen kán boeien. Dames en heren: zet’m op.